Leerlingen groeien op met het delen van informatie. Toch is en blijft privacy belangrijk. Wat is privacy eigenlijk? Wat wil je van jezelf delen en wat blijft privé? Hoe hebben kunstenaars het onderwerp privacy opgepakt? Hoe ga je er zelf in de praktijk mee om? De leerlingen onderzoeken deze vragen in de verschillende deelopdrachten. Een hoofdrol is daarbij weggelegd voor een spectaculaire techniek: drones. Deze onbemande vliegtuigjes krijgen steeds meer toepassingen. Maar ze raken ook aan onze privacy omdat nu bijna overal gefilmd kan worden. De leerlingen bedenken zelf een toepassing voor een drone en werken deze stapsgewijs uit tot een prototype dat echt kan vliegen. Met de hulp van een professionele dronepiloot gaan deze als afsluiting ook werkelijk de lucht in. Plezier in nieuwe techniek gaat in dit project samen met het serieus nadenken over de gevolgen ervan.
Welkom! Je gaat in de klas werken met het lesmateriaal van Cultuuronderwijs op zijn Haags. Voor je aan de slag gaat leggen we je uit hoe je dit project tot een succes kunt maken.
Samen ontdekken Onze cultuurlessen zijn gebaseerd op de didactiek van procesmatig werken, de leerlingen doorlopen hierbij een creatief proces. Zij worden zich bewuster van zichzelf, hun omgeving en ontdekken op een speelse manier hun creatieve vermogen. Met als kern dat je als leerkracht samen met de leerlingen beleeft, beschouwt, verbeeldt, bedenkt en maakt.
Houdingsdoelen Bij de introductie, oriëntatie en opdrachten worden kennisdoelen en vaardigheidsdoelen benoemd. Onderstaande houdingsdoelen gelden in het algemeen:
De leerling toont zich nieuwsgierig en proactief.
De leerling kan positief-kritisch reflecteren op eigen werk en op dat van anderen.
Overleg en deel je plannen met de icc’er of je cultuurcoach.
Wij adviseren je het hele project van tevoren door te lezen om je goed voor te bereiden en de mogelijkheden te ontdekken die het project biedt.
Je kunt het lesmateriaal ook downloaden en printen. Gebruik het smartboard voor het beeldmateriaal.
Als richtlijn adviseren wij voor het doorlopen van het creatief proces in het hele project, zes tot acht lesmomenten in te plannen. Alle projecten hebben een introductie, oriëntatie en drie opdrachten. Je kunt ervoor kiezen het lesmateriaal aan te passen naar eigen wensen.
Iedere opdracht heeft dezelfde opbouw: onderzoeken, uitvoeren en presenteren. De reflectievragen kunnen tijdens en na iedere fase van het creatief proces met de individuele leerling of de hele groep besproken worden.
Nodig eens een Kunstenaar in de klas uit. Die kan levendig en beeldend over het beroep vertellen dat past bij dit project. Het gerelateerde aanbod bij dit project vind je op onze site.
Een bezoek aan een voorstelling, tentoonstelling of vaste collectie in een Haagse culturele instelling is ook van grote meerwaarde. Zie VONK voor het actuele aanbod.
Bedenk ook van tevoren bij welke onderdelen je ouders kunt of wilt inschakelen. Het project gaat meer leven als er ook buiten de klas aandacht voor is.
Maak foto’s of filmpjes van de diverse presentatiemomenten en deel deze via de schoolwebsite, klassenapp of andere kanalen.
Project specifieke informatie
Over dit project Wat verstaan we onder privacy? Waarom is privacy eigenlijk zo belangrijk? En vooral: hoe gaan we ermee om? Deze vragen vormen de basis voor het project ‘Privacy: noodzakelijk of niet?’ De leerlingen gaan onderzoekend en experimenterend op zoek naar de vormgeving, functie, en techniek van drones.
Doelen Er worden twee hoofddoelen geformuleerd die specifiek zijn voor het hele project. De doelen zijn op het gebied van kennis en vaardigheden. Aan het eind van het project worden deze doelen met behulp van de succescriteria geëvalueerd op het gebied van zelfregulering: de leerling kijkt terug en blikt vooruit.
Reflecteren De reflectievragen bij de verschillende fases van het creatief proces kunnen tijdens en na iedere fase met de individuele leerling of de hele groep besproken worden. Zie ook de hand-out: Rollen van de leerkracht.
Algemene benodigdheden Maak gedurende het hele project gebruik van de volgende ruimtes en materialen:
klaslokaal of speellokaal
muziekinstallatie en/of digibord
digitaal foto- en filmtoestel
(kleuren)printer
computer met internetverbinding
Begrippenlijst Nederlandse taal
Vaktaal
Algemene woorden
Werkwoorden
de privacy de identiteit de vormgeving de functie de vorm het formaat het medium, de media het ontwerp het schetsontwerp het prototype de balans de afmeting de verhoudingen de constructie de productie het materiaalgebruik de propeller de lancering de drone de dronepiloot
positief/negatief de persoonlijke informatie het persoonlijk eigendom in relatie tot het effect de bevinding het schenden van jezelf bloot geven de selectie het vertrekpunt het uitgangspunt het typenummer op basis van definitief
De leerling benoemt verschillende functies voor een drone.
Hoofddoel vaardigheid
De leerling geeft door middel van schetsen en een prototype vorm aan een persoonlijke drone.
Benodigdheden
digibord met privacygevoelige informatie over een persoon uit de directe omgeving
artikel 10 van de Grondwet
Aan de slag in de klas
U kunt het project op verschillende manieren introduceren:
Kies uzelf, een collega, een leerling of de directeur van de school en zoek op internet naar informatie over deze persoon. Wat is er allemaal te vinden, zowel in woord als in beeld? Toon deze informatie op het digibord. Confronteer de persoon met deze informatie. Vraag of hij zich er bewust van was dat al deze informatie op internet te vinden is. Bespreek dit in de klas.
Inventariseer wie van de leerlingen zelf positieve of negatieve ervaringen heeft met persoonlijke informatie op internet.
Bespreek met de leerlingen wat informatie op internet over iemands identiteit zegt. Bespreek het beïnvloeden van een identiteit door middel van het aanpassen van die informatie.
Bespreek artikel 10 van de Nederlandse Grondwet.
Bekijk het werk van kunstenaars die onderzoek doen naar privacy. Bijvoorbeeld:
Doorloop de vaste oriëntatie-onderdelen: het filosofisch gesprek en het uitvoeren van de eerste opdracht.
Het filosofisch gesprek Voer naar aanleiding van de introductie een filosofisch gesprek over het thema ‘Identiteit’, bijvoorbeeld aan de hand van de volgende vragen:
Zijn jouw gegevens jouw persoonlijke eigendom?
Wanneer is iets een persoonlijk eigendom?
Is het belangrijk om altijd te weten waar mensen zijn?
Is het eerlijk om iemand in de gaten te houden als hij/zij dat niet weet?
Mag je een crimineel in de gaten houden? Wanneer zou het wel mogen en wanneer niet? Moet het soms ook?
Is veiligheid belangrijker dan privacy?
Als je niets te verbergen hebt, is privacy dan nodig?
Voer onderstaande opdrachten in volgorde uit:
Laat de leerlingen, zonder uitleg, het privacyformulier uit de Toolbox invullen. Vertel dat het formulier na afloop besproken wordt.
Voer naar aanleiding van de ingevulde formulieren een klassengesprek over privacy. Wat is privacy? Welke gegevens deel je over jezelf en welke niet? Wat gebeurt er met de informatie als je spijt krijgt dat het op internet staat?
Succescriterium
Bespreek met de leerlingen de opdracht(en): welke onderwerpen gaan zij onderzoeken de komende les of tijd? Formuleer vanuit het filosofisch gesprek en/of de oriëntatie-opdracht, samen met de leerlingen, een succescriterium waaraan zij werken. Een voorbeeld van een succescriterium bij dit project kan zijn:
De leerling maakt een prototype van een persoonlijke drone waarbij de functie van de drone duidelijk is.
4. Opdracht: Geef jij jezelf zomaar bloot?
In deelopdracht 1 onderzoeken de leerlingen wat een drone is, wat de functies ervan zijn en wat een drone met privacy te maken heeft. Na dit onderzoek maken ze een eigen ontwerp voor een drone, waarbij de techniek ervan een grote rol speelt. Door zelf een drone met een specifieke functie te ontwerpen, krijgen de leerlingen inzicht in hun eigen identiteit. Ook leren ze wat voor hun toekomst belangrijk is als het gaat om privacy.
Subdoel kennis
De leerling benoemt verschillende ongewone manieren om een drone te gebruiken.
Subdoel vaardigheid
De leerling ontwerpt een drone waarbij de functie zichtbaar wordt in de vorm.
Benodigdheden
A3- of A2-papier voor resultaten onderzoek
potlood of pen
stiften/markers
werkblad ‘drone’
A4- of A3-tekenpapier (niet te dun)
grijze tekenpotloden
zachte kleurpotloden
pastelkrijt
zachte waskrijtjes (of bijvoorbeeld Pandakrijt)
Aan de slag in de klas
Doorloop de vaste onderdelen binnen elke projectopdracht: onderzoek, uitvoeren, presenteren en evalueren.
Voer onderstaande opdrachten in volgorde uit:
Bespreek de term ‘drone’ in relatie tot (het schenden van) privacy. Vraag de leerlingen in groepjes te onderzoeken wat drones met privacy te maken hebben. Laat hen een aantal voorbeelden van positieve en negatieve ervaringen met drones zoeken. Wat zijn de effecten van drones?
Elk groepje presenteert de bevindingen kort voor de klas.
Bespreek de bevindingen van elk groepje met de nadruk op (het schenden van) privacy.
Drones worden weleens gebruikt om stiekem te filmen, bijvoorbeeld in oorlogssituaties. Maar drones kunnen nog veel meer.
Voer onderstaande opdrachten in volgorde uit:
Bekijk met de klas een selectie van onderstaande filmpjes en bespreek ze na.
In de toekomst heeft misschien iedereen wel een drone. Vraag de leerlingen zich voor te stellen hoe dat is en bespreek dit.
Deel de werkbladen uit. Dit werkblad is op A0-formaat en legt stap voor stap uit wat de leerling moet doen.
Leerlingen bedenken in groepjes verschillende mogelijke functies voor drones. Hoe kunnen deze het leven verbeteren en/of leuker maken?
Elke leerling kiest een functie en maakt hiervoor een schetsontwerp met behulp van het werkblad. De drone hoeft hierbij dus niet tot in detail te zijn uitgedacht, maar slechts in grote lijnen getekend te worden. Aan de vormgeving van de drone moet je kunnen zien wat de functie is.
De ontwerpen kunnen op verschillende manieren gepresenteerd worden:
Elke leerling verzorgt een éénminuutpresentatie, eventueel met behulp van het digibord.
De leerlingen presenteren in kleine groepjes hun ontwerpen aan elkaar, geven elkaar een aantal tips en tops en passen aansluitend eventueel hun ontwerp aan.
Reflectie subdoelen
Op welke manier heb je in jouw ontwerp de functie van de drone laten zien?
Reflectie proces
Welk drone ontwerp dat bedacht is vond je het meest verrassend?
Bespreek met uw leerlingen het doorlopen proces aan de hand van onderstaande vragen:
Hoe verliep het bedenken van functies van drones?
Wat zegt het ontwerp van jouw drone over jouw identiteit? Wat is er van jou te zien in je drone?
Welke rol heeft privacy gespeeld bij het ontwerpen van jouw drone?
Waar heb je op gelet bij het presenteren van je werk?
5. Opdracht: Mijn drone
Bij deelopdracht 2 voeren de leerlingen het ontwerp dat gemaakt is in deelopdracht 1 uit. Er wordt niet alleen rekening gehouden met de functie van de drone, maar ook met de vormgeving en geschikte materialen. Om dit te kunnen bepalen, experimenteren de leerlingen met verschillende materialen en doen ze verder onderzoek naar de kenmerken van een drone. Natuurlijk bedenken ze ook een naam voor hun drone.
Subdoel kennis
De leerling benoemt welke materialen geschikt zijn voor het bouwen van zijn ontwerp.
Subdoel vaardigheid
De leerling zet een schets om in een ruimtelijk prototype.
Benodigdheden
divers materiaal voor het maken van de drone: karton, hout, touw, scrapmateriaal, plastic zakjes, zilverpapier, satéprikkers, aluminiumfolie, piepschuim, klei, watten, takjes, ijzerdraad, etc.
gereedschappen: kniptangen, zagen, hamers, scharen, lijm, plakband en lijmpistolen
digitale weegschaal
A4- of A3-tekenpapier (niet te dun)
grijze tekenpotloden
zachte kleurpotloden
pastelkrijt
zachte waskrijtjes (of bijvoorbeeld Pandakrijt)
stiften/markers
schrijfgerei
linialen en/of meetlinten
Aan de slag in de klas
Doorloop de vaste onderdelen binnen elke projectopdracht: onderzoek, uitvoeren, presenteren en evalueren.
De leerlingen zetten een volgende stap in het realiseren van een eigen drone. Voer onderstaande opdrachten in volgorde uit:
Bespreek met de leerlingen een aantal kenmerken van verschillende materialen: plastic zakjes, ijzerdraad, satéprikkers, aluminiumfolie, piepschuim, keukenfolie, bakpapier, klei, hout, watten, papier, takjes, blaadjes, etc.
Laat de leerlingen onderzoek doen naar materialen waarmee hun drone gemaakt kan worden. Laat hen hierbij letten op vorm, formaat en gewicht.
Laat de leerlingen de uitkomsten van het onderzoek verwerken in een definitief ontwerp. Dit ontwerp is het vertrekpunt voor het maken van de drone.
In deelopdracht 3 zullen de prototypes van de leerlingen bevestigd worden aan de basisconstructie van een drone. Dit kan gedaan worden door een professionele dronepiloot of door uzelf. In deze deelopdracht werken de leerlingen hun ontwerpschets uit tot een prototype
In verband met het bevestigen van de prototypes op de basisconstructie dienen de leerlingen rekening te houden met:
de afmetingen genoemd op het werkblad
de plek van de propellers van de basisconstructie.
Wijs de leerlingen erop dat de ontwerpschets een uitgangspunt voor het prototype is en dat wijzigingen aanbrengen mag. Bekijk eventueel ter inspiratie het filmpje over Cultuuronderwijs op zijn Haags (YouTube) met leerlingen die al eerder een ontwerp uitwerkten (vanaf 3:25).
Presenteer de prototypes in de klas. Bekijk en bespreek ze met de nadruk op de relatie tussen de functie en vormgeving.
Reflectie subdoelen
Wat vond je het meest geschikte materiaal dat je hebt gekozen?
Reflectie proces
Waar liep je tegenaan bij het omzetten van je schets naar prototype?
Bespreek met uw leerlingen het doorlopen proces aan de hand van onderstaande vragen:
Wat ben je te weten gekomen over de verschillende materialen tijdens het onderzoek?
Welke materialen had je misschien beter niet kunnen kiezen?
Zou jouw drone in productie genomen kunnen worden en wat is daarvoor nodig?
Bij wat voor soort bedrijf zou jouw drone verkocht kunnen worden?
Hoe is de verhouding tussen privacy schendende en privacy-respecterende drones in jullie klas? Wat zou daar de oorzaak van kunnen zijn?
Zijn er bepaalde terugkerende thema’s of onderwerpen aan jullie drones te herkennen?
6. Opdracht: To drone or not to drone
In deelopdracht 3 krijgt de groep ten slotte een gastles van een dronepiloot van SETUP, een gezelschap van creatieve technologen, kunstenaars en critici. De leerlingen presenteren hun prototype van de drone aan de dronepiloot, zodat hij kan bepalen of het ontwerp en het materiaalgebruik daadwerkelijk geschikt zijn om de drone te laten vliegen. Met behulp van de dronepiloot gaan de drones ook daadwerkelijk vliegen!
Subdoel kennis
De leerling legt uit wat van invloed is op het goed laten vliegen van zijn ontwerp.
Subdoel vaardigheid
De leerling presenteert en beargumenteert zijn drone aan een gastleerkracht.
Benodigdheden
informatie over drones m.b.t. namen, typenummers en prijzen (internet)
A4- of A3-tekenpapier (niet te dun)
grijze tekenpotloden
zachte kleurpotloden
pastelkrijt
zachte waskrijtjes (of bijvoorbeeld Pandakrijt)
stiften/markers
scharen
tijdschriften om uit te knippen
behangerslijm in potten met deksel + lijmkwasten
schrijfgerei
droneconstructie (van dronepiloot van SETUP)
buitenruimte om drones de lucht in te laten (schoolplein)
Aan de slag in de klas
Doorloop de vaste onderdelen binnen elke projectopdracht: onderzoek, uitvoeren, presenteren en evalueren.
Voer onderstaande opdrachten in volgorde uit:
Laat de leerlingen onderzoek doen naar namen, typenummers en prijzen die drones kunnen hebben.
Laat de leerlingen voor hun drone een naam, typenummer en prijs verzinnen.
Laat de leerlingen in groepjes nadenken hoe hun dronepresentatie bij mensen onder de aandacht gebracht kan worden. Welke media zetten zij in? Denk aan aanplakbiljetten, strooifolders, social media, mond-tot-mondreclame, etc.
Nodig een dronepiloot van SETUP (Utrecht) uit in de klas.
De dronepiloot geeft een introductie: hoe werkt een drone nou precies?
Laat de leerlingen hun drone kort presenteren aan de dronepiloot. Deze bekijkt op basis van materiaalgebruik in hoeverre de prototypes geschikt zijn om te vliegen.
De dronepiloot treft de nodige voorbereidingen voor de lanceringen. Hij bevestigt de prototypes van de leerlingen aan zijn lege droneconstructie. Vervolgens gaan alle drones de lucht in.
Reflectie subdoelen
Wat ben je te weten gekomen over het maken van een prototype?
Bespreek met uw leerlingen het doorlopen proces aan de hand van onderstaande vragen:
Waar had je achteraf gezien meer aandacht aan moeten besteden bij het maken van je drone?
Waaraan verschilt je uiteindelijke drone met het oorspronkelijke ontwerp?
Vertelt het uiterlijk waarvoor de drone bedoeld is?
Kon je drone meteen de lucht in?
Ben je tevreden over je drone en wat hij kan?
Welke drone zou jij graag ontwikkeld willen zien?
Eindreflectie: zelfregulatie terugkijkend
Welke uitwerking van een drone ontwerp vind je het meest geslaagd?
Eindreflectie: zelfregulatie vooruitkijkend
Waar zou je jouw drone het liefst laten vliegen als hij echt zou bestaan?
Verder lezen?
Meld je dan nu aan of log in!
Registreer nu en ontvang gratis toegang tot al onze projecten in de Haagse Ladekast.